“Gezond verstand is de collectie vooroordelen
         die je verzameld hebt voordat je achttien was.”
Albert Einstein

Ofwel je schoolverzameling. Daar waar het redenerend weten getraind wordt en je leert schrijven, lezen en rekenen. Mijn ervaringen als onderwijzeres zette mij aan het denken. Waarom worden spel en fantasie naar de kinderwereld en de vrije tijd teruggestuurd? Worden kinderen zoveel wijzer in de schoolbanken? Of worden zij slechts getraind te leren denken en redeneren als volwassenen? Graag zag en zie ik veranderingen ontstaan. Wat is de taak van school, welke van ouders? Het accent moet verschuiven van onderwijs naar vorming. Vanwege ouders die hun handen vaak vol hebben aan ….  . plus een eindeloze stroom van achterhaalde of vernieuwende informatie die niet bij te benen is dan via internet e.a. media. Een oriënterende basis kan verkend worden op school. Ieder kan naar eigen interesse vervolgens surfen of zich werkelijk verdiepen. De school zou zich met wezenlijker zaken moeten bezig houden.

Jaren zeventig van de vorige eeuw

Begin jaren zeventig studeerde ik af aan de Pedagogische Academie. De docent pedagogie gaf me voor het eindgesprek een vier, de examinator een negen. De eerste was de studente die vorming boven onderwijs stelde in discussies, beu. De examinator waardeerde mijn eigen visie en verantwoording ervan. Vijftig jaar zette ik me ervoor in.

Zo vader zo zoon

moedertje spelen

We zagen in de vorige eeuw een verschuiving van gehoorzamen aan anderen naar jezelf trouw zijn. Tegenwoordig neigen we naar het andere uiterste.  Vroeger voedden (groot)ouders op door belonen en straffen. Onderzoeksdrang werd vaak als brutaal beoordeeld, eigen wijsheid bestraft. Kinderen moesten de ander kopiëren, niet zichzelf gehoorzamen. In sommige (sub) culturen is dat nog steeds gangbaar. Iedere vorming legt eigen accenten. Pedagogie en onderwijs beogen in de 21eeuw persoonlijke ontwikkeling, door integratie van het natuur- en milieu minnende; van het kunstzinnige, sportieve, ambachtelijke en wetenschappelijke.  Persoonlijke inventiviteit werd meer en meer gewaardeerd sinds de jaren zeventig. Gebeurt er in de 21e eeuw voldoende? Staat de ontwikkeling in deze stil of is er zelfs sprake van teruggang? Uitzonderingen van fantastische leerkrachten of een enkele school daar gelaten?

Mag het ietsje meer zijn?

Mag het ietsje meer zijn door persoonlijke- en maatschappelijke ontwikkeling gelijkwaardig aandacht te geven en  ruimte te bieden in het schoolrooster? Kan het ludisch pedagogische eindelijk de plek innemen die het toekomt en daarmee jongeren voorbereiden op hun toekomst?

In de opvoeding wordt beslist of wij genoeg van de wereld houden om er verantwoordelijkheid  voor te nemen en haar meteen ook te redden van de ondergang.  Die ondergang is zonder vernieuwende inzichten, zonder inzet van jongeren onvermijdelijk. In de opvoeding tonen wij in ons dagdaagelijks  handelen of we onze kinderen genoeg liefhebben. Genoeg om hen niet uit onze wereld te verbannen, hen aan zichzelf over te laten, hen de kans te bieden om iets nieuws – iets dat niet door ons te voorzien valt – te ondernemen.  Hannah Arendt ( vrij naar)

Wat vorm je in wie vanuit ludische -kunstzinnige – sportieve –levensbeschouwelijke – wetenschappelijke motieven?

De docent als sfeer scheppend pedagoog

Van sferen gaat een enorme werking uit, zo weet iedere leerkracht. De kunst en het vermogen inspirerende sferen te creëren is niet ieder aangeboren. Inzicht in de werking ervan en oefenen om deze vaardigheid te veroveren zijn voorwaarden. Het gaat immers om het realiseren van een tot interesse en actie prikkelend atmosfeer. Zo ging ik op momenten dat ik geen aansluiting voelde met de kinderen, naast mezelf staan. Ik sprak in een verzonnen rol het commentaar uit dat ik vermoedde dat mijn groep had. Geloof je haar, dat gaan we toch niet doen zo, rare opdracht!  Dit ontlokte de groep reacties, zodat ik daarmee de opdracht bijsteldeEen ander moment speelde ik de strenge agent.  Vervolgens stapte ik uit de rol en vroeg of de groep de agent nodig had nu. De driedimensionale gum*  laat een sfeer ten goede keren.

* De drie dimensionale gum kan alles, zolang we spelen, weer uitwissen: ik doe/zeg/zie/hoor het nu anders.

Reformpedagogen e.a. boden sleutels voor Ludische Pedagogie

Meten is nog geen weten en dat wordt vaak vergeten. Er zijn veel onderwijsvormen ontstaan als aanvulling op het abstract leren. Het ervaringsgericht leren*, het al doende leren etc. De roep om creativiteit en de erkenning van het tijdelijke van inzichten stimuleerden hiertoe. Evenals het overal voorhanden zijn van informatie waardoor feitjes weten minder relevant wordt. Dat al droeg een steentje bij aan het ruimte geven aan experimenteerdrang. Aan eigen ontwerp, relativiteit, reflectie en algehele bewustwording. Het ludische boort het hoognodig onbewuste aan en laat het weten aan den lijve ervaren. Voorgangers als Maria Montesori, Rudolf Steiner, Peter Petersen, Hellen Parkhurst. Célestin Freinet, Paolo Freire, Ferre Laevers. Geert Biestra, Winnicott, Vygotsky, Gardner, Kolb, Csikszentmihalyi e.a.. Zij baanden een weg voor het ludische.  Nivoz draagt sinds enkele jaren ook steentjes bij.

Wie spint er verder mee?

Ervaringsgericht Onderwijs. Ferre Laevers bood leerkrachten meer inzicht in welbevinden en betrokkenheid. Zoals ieder weet, vergeet je niet snel als je met huid en haar ergens bij betrokken bent.