De Gulden snede spiraal in de natuur

De natuur heeft Gulden snede verhoudingen van haar inwoners nodig en waarschuwt keer op keer met feiten. Tsunami’s, overstromingen, extreme droogte, aardbevingen, smok, virussen en pandemieën. De mens gaat stug door en negeert de Gulden snede. Maar ook zij zal moeten leren natuurwetten te gehoorzamen.  Het wervelende middelpunt van de spiraal, wakkert beweging aan en heeft een enorme eeuwig stuwende levenskracht. De Gulden snede is en kan niet zonder gevolgen worden ontkend.  Er zijn talloze variaties van zowel op aarde als in de kosmos. We kunnen  ze overal herkennen.

Zo binnen – zo buiten

Bovenstaande uitspraak is eeuwenoud en draagt een levenswijsheid in zich. De Gulden snede werd al in de bouw van piramiden toegepast, nog voor ze  wiskundig berekend en “verantwoord” was. Helaas is ze nooit toegepast in opvoeding en onderwijs voor de binnenwereld van mensen. De Gulden snede voor de mens is een juiste onderlinge verhouding binnen de drie eenheid: Denken – Voelen – Willen. Deze Gulden snede stelt onze leefwijze aan de orde: handelen wij in juiste verhoudingen? Het antwoord kennen we en van daaruit is LuPes hamvraag: Hoe bieden we onszelf en kinderen herstelkansen? Hoe leren we evenwichtig te balanceren in de juiste onderlinge verhouding tussen denken – voelen – willen? Het speelse erkent de Gulden snede, biedt haar ruimte en houdt haar in ere.  Het speelse kan daardoor spiraliseren rondom alle levensvragen en ieder leven meer tot bloei brengen.  In de koninginnekamer lees je onze verantwoording. Hier staan we stil bij ieders mogelijke bijdrage thuis. Er zijn veel vragen: Wat is voor jou het allerbelangrijkste dat een kind ervaart – wil laten ervaren? Waarin is het onderwijs met name arm? Wat hoort meer thuis  te gebeuren dan op school? Wat heb jij daarin te bieden? Wiens hulp heb je daarbij nodig?

Hoe kan thuis de school zinvoller laten zijn?

Veel  (groot) ouders stellen niet alleen hun tijd, maar ook hun levenswijsheid ten dienste aan de volgende generatie. Evenals leerkrachten zijn ook zij vaak magic.  Doordat ze aan een half woord genoeg hebben, kinderen kunnen lezen. Hun stemmingen kunnen laten wisselen en hun onmogelijke vragen, vragen laten zijn. Niet alle (groot) ouders zijn natuurtalenten en niet ieder wordt ervarenderwijs deskundig of wijzer.  Daarom zie ik graag hier op de site een bron ontstaan van praktische tips en goede raad die ervaringsdeskundigen, me sturen om hier te plaatsen.  Tips uit mijn eerdere onderwijssites bieden een begin en pareltjes uit de praktijk kunnen  motiveren zelf aan de slag te gaan.

Mam kan ik zelf denken ? Hoe doe jij dat ?
Als ik dat niet wil, moet het dan toch van jou?
Juf is niet lief, ik wil niet naar school.

Groot zijn in het kleine

Ouders kunnen groot zijn in hele kleine dingen. Mamma belt vanuit de sauna op naar haar kinderen. Als de ene heeft kunnen vertellen wat ze kwijt wil, vraagt ze de andere aan de telefoon. Nadat die ook zijn zegje heeft kunnen doen, vraagt ze beide elkaar aan te kijken om te bespreken of mama wat langer kan wegblijven. Het deed me goed getuige te zijn van haar geduld – rust en openheid. Hopelijk is ieder wel eens getuige van ‘good practice‘. Zo zijn er zeker ook (groot) ouders die adequaat reageren op dilemma’s en penibele situaties. Vanuit een kikker – of vogelperspectief kun je ergens nieuw naar kijken.

Enkele voorbeelden uit mijn eigen schoolpraktijk.

Lang geleden verloor ik mijn baan na een les, waarin kinderen als vogels mensen wijze raad gaven. In een volgende baan stond de telefoon rood gloeiend om vier uur. De kinderen onderzochten nl thuis wat kabouters niet begrepen van de mensenwereld.  Een ander keer hield een inbraak de gemoederen gaande, de voorgenomen les kon ik terzijde schuiven. Ik vroeg hen wat het ergste was dat ze konden verliezen. Ieders meest dierbare bezit kwam op bord te staan. We keken er samen naar en een kind concludeerde opgelucht dat bijna niets voor een dief interessant was. Waarom schaften hun ouders wel dat soort spullen aan?

 

Waar (groot)ouders groot in kunnen zijn

Ieder kleurt door karakter, gewoonten, normen en waarden de begeleiding van kinderen. Ook de buitenwereld speelt daarbij een rol. Laat jij je de wet voorschrijven door mode, reclame, media, maatschappelijke oordelen? Durf jij  een eigen koers te varen en je kinderen voor te leven weerbaar te zijn tegen oordelen van buitenaf?

Op  school gaat alle aandacht naar het denken – het rationele weten  en je sociaal gedragen. Er is nauwelijks ruimte en tijd om kinderen te laten ontdekken dat ze zelf kunnen denken. Geen ruimte om te beseffen wat ze voelen. Geen tijd om te leren zichzelf te verduidelijken aan een ander. Echt ontdekken wat ze werkelijk willen als ze voortdurend keuzes voor gelegd krijgen, vraagt ook teveel binnen het beperkte rooster. Hierdoor zijn kinderen niet goed voorbereid op de jungle van overvolle consumptiemarkt en stressvolle waarmakerij. Veel jongeren raken de weg kwijt.

Balanceren tussen denken – voelen- willen

In de werkelijkheid is alles kwetsbaar. Het is in die werkelijkheid dat je met vallen en opstaan leert je te oriënteren. Kun je dat een beetje voorbereiden in spelwerkelijkheden? In de doen alsof modus? Ofwel kunnen we speels oefenen en mogen we het dan weer uitgummen? Zodat we het nog eens kunnen proberen? Er zijn veel gradaties van zowel het denken, voelen als willen. Vanaf babytijd doet ieder al ontdekkingen. Als ik huil krijg ik wat ik wil. Lachend maak ik  een ander blij.  Door te oefenen leer ik grijpen – me omdraaien – kruipen. We proberen hieronder een globale ordening aan te brengen in ontwikkelingsfases van onze drie fundamenten die ons handelen bepalen.  Door gericht het gedrag van kinderen te observeren (kijken – luisteren) en te interpreteren, kun je hen stimuleren zelf te denken, te beseffen wat ze voelen en te ontdekken wat ze willen.

De drie eenheid als basis van ieders leven

Denken: Het zelf denken  ontdekken ⇒  dit vermogen behouden ⇒ kritisch denken en eigen subjectiviteit erin doorzien ⇒ anders denkenden respecteren en hen vrijheid daarin gunnen ⇒ een vastgeroeste overtuiging deconstrueren ⇒ Nieuwsgierig naar het onbekende ⇒ nieuw inzicht omarmen (perspectieven zien)

Voelen: Enigszins loskomen van driften en emoties ⇒ eigen emoties relativeren en van andere aanvoelen ⇒ opkomende driften en verlangens hanteren ⇒ emoties van zichzelf en anderen doorgronden ⇒ emoties relateren aan (on)vervulde behoeften en projecties ⇒  een zich herhalend gevoel analyseren ⇒ een automatische gevoelsreactie deconstrueren ⇒  een gevoel relativeren (je flexibel opstellen).

Willen: Iets willen – leren kiezen ⇒ keuzes maken ⇒ de consequenties ervan hanteren ⇔ richting kiezen qua studie en/of werk ⇒ Je vastgeroeste wil (dwang – eis) deconstrueren ⇒ Je wil (inzet) ergens anders voor inzetten. (zelfdiscipline).

‘ik kom even opnieuw binnen, okay?’
‘nou dan beginnen we gewoon weer van vooraf aan’.
‘doen we lekker alsof je dat niet hebt gezegd’
‘tja het is gebeurd, wat kunnen we er nog aan doen? ‘
‘ het snijdt wel hout ja, al begrijp ik het niet helemaal’

In Spel is een kind een kop groter dan in de werkelijkheid.

Dit stelde Lev Vygotsky al een eeuw geleden. Toch maakt het onderwijs bar weinig gebruik van spelmogelijkheden. Het kind wordt een kopje kleiner gemaakt. Het na denken staat centraal: zo en zo zit het in elkaar, leer het maar van buiten. Het kind leert daardoor te functioneren in de maatschappij: zo zijn onze manieren. Het ontdekt niet of moeizaam dat het zelf kan denken, voelen en willen. Ingeburgerd en wel weet het geen raad met gewoon dagdagelijks het leven te hanteren. Beseft niet wat het zelf oproept en denkt automatisch dat de oorzaken buiten haar/hemzelf liggen. Zoals z/hij op school in alles afhankelijkheid leerde van zij die het weten – willen en voor het zeggen hebben. Omdat ik het zeg, was voldoende reden om niet naar zichzelf te luisteren.

Ubbergen, lente 2022